In gesprek met Jan Stolk - Stolk Flora
Waar de eerste generatie ooit bekend stond als slakoningen, is Stolk Flora inmiddels uitgegroeid tot Phalaenopsisspecialist van zekere faam. Geheel terecht, aangezien de familie Stolk alweer 100 jaar zijn stempel drukt op de glastuinbouw. Of het nu gaat om zware kwaliteit Phalaenopsis telen of duurzame innovaties doorvoeren in het teeltproces, Jan Stolk weet precies wat er nodig is om zijn producten toekomstbestendig te maken. Reden genoeg dus, om het gesprek aan te gaan met deze markante teler.
Wil je jezelf introduceren?
Mijn opa Jan, dé slakoning van Zuid-Holland, had een ongekend oog voor detail. Hij kweekte sla van topkwaliteit, zonder bruine randjes. Zelfs ’s nachts ging hij nog kijken bij zijn gewassen. Die toewijding is de rode draad van onze familie. Mijn vader Henk en zijn broers zetten dat voort, ieder met een eigen rol. Toen ik van school kwam, ging ik samen met mijn vader en moeder verder. We begonnen met paprika’s en in de winter kweekten we bloemen. Zo leerde ik veel over kweken in substraat, want hiervoor kweekten we nog in de volle grond.
Hoe ben je bij de orchideeën terechtgekomen?
In 1997 kwam de meristeemvermeerdering op (het klonen van Phalaenopsis). Dat was revolutionair: je kon orchideeën daardoor veel geprogrammeerder telen. We begonnen met 20.000 planten, allemaal met de hand gepoot. Twee jaar lang kweekten we Cymbidiums erbij en daarna stopten we met de paprikateelt. In Bergschenhoek konden we grond kopen en zijn we gaan bouwen. Daar introduceerde ik als een van de eersten watergekoelde koelsystemen. Dankzij die techniek kon ik na de bloedhete zomer van 2003 met Kerst als een van de weinigen planten leveren. Dit soort innovaties maakte wel echt verschil.
Wat is volgens jou het belangrijkste bij het telen van Phalaenopsis?
Techniek. Phalaenopsis is echt een technisch gewas. Zo zijn we begonnen met lichtproeven, stroom via een dieselgenerator. Al snel bleek dat essentieel voor een succesvolle teelt, zeker in de donkere maanden. In 2007 heb ik mijn droombedrijf gebouwd in Bleiswijk. Daar pionierden we met teeltmethodes en techniek. We hebben goede en slechte tijden meegemaakt, maar goede kwaliteit leveren blijft altijd leidend. Ik wil iets moois maken, dat drijft mij.
Hoe ziet de huidige structuur van het bedrijf eruit?
Stolk Flora is een familiebedrijf met duidelijke afdelingen en verantwoordelijkheden. We investeren daarnaast continu in duurzaamheid. Zo gebruiken we papieren clips en trays, waarmee we jaarlijks tonnen plastic besparen. Ook werken we met kartonnen traywikkels. Elke winkel heeft inmiddels wel een papierbak, dus dit kan allemaal gerecycled worden.
Hoe krijg je je personeel mee in die duurzame missie?
Respect voor de aarde, respect voor de mens en mooie planten maken. Dat is onze missie. Die hangt sinds 2013 ook als spandoek in de kas. En als mensen tegenslag of ziekte ervaren, doen we er alles aan om er voor ze te zijn. Dat zit in onze cultuur.
Wat is volgens jou de reden dat Stolk Flora al 100 jaar succesvol weet te bestaan?
Ik denk dat het komt door een combinatie van aandacht voor kwaliteit, blijven leren en durven vernieuwen. We proberen ons te onderscheiden, maar wel met beide benen op de grond. Duurzaamheid speelt daarin een steeds grotere rol. Zo ben ik betrokken bij het project ‘100% groen geteeld’, waar ik mijn ervaringen mag delen. Dat doe ik graag, want ik geloof dat we samen verder komen. Ook leveranciers werken inmiddels met elkaar samen om stappen te zetten. We zijn ons er steeds meer van bewust dat het gebruik van chemische bewasbeschermingsmiddelen niet houdbaar is. Rond 2030 hopen we deze helemaal niet meer te hoeven gebruiken. Vroeger was dat vanzelfsprekend: je had een probleem, je pakte iets uit de kast. Nu zoeken we naar alternatieven die beter zijn voor mens en milieu.
Hoe zie je de toekomst van het bedrijf?
We blijven ons verder ontwikkelen. Innovatie speelt daarin een belangrijke rol, net als samenwerking. Anthura is daarin een vaste partner. Sinds 2011 kom ik regelmatig langs om te zien wat er bloeit, en in 2022 zijn we volledig met Anthura gaan samenwerken. Dat heeft ons veel gebracht, vooral in efficiëntie en vertrouwen. Zolang we samen blijven kijken naar wat de markt vraagt en blijven luisteren naar de klant, zie ik kansen om samen verder te groeien.
Wat zou je de nieuwe generatie telers willen meegeven?
Telen is niet alleen een vak, het is ook een vorm van zorg dragen. Voor je product, voor de omgeving en voor de mensen om je heen. Ik zou willen meegeven: blijf nieuwsgierig, blijf nadenken over je impact en durf te kiezen voor kwaliteit. Als je dat doet, kun je echt iets betekenen. Voor jezelf én voor anderen.
